Het verhaal achter ons logo

18-10-2017

Hoe is het logo van ons team ontstaan? Welke gedachte zit hier achter? En waarom staat de Eiffeltoren eigenlijk links van de Erasmusbrug? Lees hieronder de uitleg van teamcaptain Marco Essenberg.

"In het logo van Sterk Staaltje zitten een aantal bewuste fouten. Maar laten we beginnen bij het begin:

Beide iconen van de steden (de Erasmusbrug en de Eiffeltoren) zijn van staal,. Eén staat er al een zeer lange tijd en de ander is wat jonger.
De kleurstelling wit op zwart is gekozen omdat de Roparun mensen een lichtpuntje biedt in een donkere periode.
De Erasmus brug lijkt de Eiffeltoren te dragen, gesteund door sterk staal(tje).
Het avontuur van de Roparun duurt al bijna 3 decennia. Dit is ooit begonnen in Rotterdam, vandaar daar dat Parijs door Rotterdam wordt gedragen.

Na deze uitleg gaan we nog een stapje verder de diepte in.

Je kijkt vanuit het westen richting het oosten naar de Erasmusbrug waardoor de zon boven de tuien vanuit het oosten opkomt. dit symboliseert dat elke dag er 1 is, een nieuwe frisse dag met volop mogelijkheden. Hadden we de brug andersom gelegd hadden we gekeken naar een ondergaande zon, dit vonden wij wat negatiever dan een opkomende zon.
Team 262 is een team dat opkomend is, vol positieve energie kijken wij iedere dag weer uit naar Pinksteren. Vandaar staat het teamnummer in de opkomende zon geschreven.
De Eiffeltoren staat dus eigenlijk ten noorden van Rotterdam, als je vanuit Rotterdam lang genoeg noordwaarts doorgaat kom je vanzelf in het zuiden uit en dus bij de Eiffeltoren. Dit lukt je alleen als je niet opgeeft en dat is nu net wat wij willen benadrukken: het doorzettingsvermogen van iedereen die bij de Roparun betrokken is om ondanks alle moeilijkheden die men tegenkomt toch door te blijven gaan om het uiteindelijke doel te bereiken.

Nu kent iedereen het verhaal achter ons logo, wat er voor de kenner misschien als een "domme" fout uitziet, maar waar dus erg goed over nagedacht is. Daarom zijn wij trots op ons logo en trots op alle teamleden."

~ Marco Essenberg ~